Alle ruimtecapsules waarmee astronauten van de Verenigde Staten geland zijn zijn in zee geland met gewone parachutes. Maar dat was een manier die heel lang als tweede keuze gezien werd. NASA wilde de capsules liever op land laten landen, hangend onder een soort paraglider. Al in het Mercury programma werd gedacht aan een paraglider. Maar in het Gemini programma werd de ontwikkeling pas echt begonnen. Francis Rogallo heeft voor Gemini een hangglider-achtige paraglider ontworpen. Het grote verschil met een hanglider is echter dat deze geen stijve delen zou bevatten. De paraglider moest tijdens de terugkeer van de Gemini capsule opgeblazen worden. Zoals te zien is in het schema is dit geen eenvoudige procedure. De paraglider moest opgeblazen worden op het moment dat de capsule nog een hoge snelheid had waarna de overgang naar een stabiele vlucht gemaakt noest worden. Er zijn een aantal valtests met de paraglider uitgevoerd, geen test is met succes afgelopen. Het programma is dan ook uitgesteld tot NASA besloten heeft gewone parachutes en een zeelanding te gebruiken. Dit tot ongenoegen van de astronauten die liever een gecontoleerde landing uitvoerden op land dan een landing op zee waarbij je alleen achterover kon liggen. Ze beschouwden zich in de eerste plaats nog als piloten. De foto laat een van de testmodelen zien. Uiteraard moest deze versie van Gemini met een landingsgestel uitgevoerd worden. Later heeft men nog wel een bestuurbare parachute overwogen. Deze kan echt gezien worden als een vroege voorloper van de parapente. De bedoeling was om ook hiermee een landing op land uit te voeren. De daalhoek zou echter te steil zijn om op een gewoon landingsgestel te kunnen landen dus remraketten moesten de landing verzachten. Dit landingsysteem werd de parasail genoemd. De ontwikkeling is echter nooit zo serieus geweest als die van de paraglider. |